Vlák nadat Max Molovich met zijn vrouw I. en hun zoontje M. vanochtend vertrokken waren (ze waren langsgekomen voor een bliksembezoek. Ze zeiden dat hun zoontje nog niet kon praten, terwijl ik toch meerdere lettergrepen kon herkennen, bijvoorbeeld toen hij allerlei snoeren en toetsenborden uit een kastje wist te grijpen) voltrok zich het volgende. (Ik moest ook mijn televisietoestel weer herstellen, want daar had de kleine man ook aangezeten. Ik roep altijd hoera!, want ik vind de vindingrijke sloopzucht der jeugd niet iets om een brief over te schrijven aan Geert Wilders. Die heeft het trouwens al te druk met zijn eigen jeugdherinneringen.) Ze waren de deur nog niet uit, toen zich het volgende voordeed.
Ik woon in Egmond aan Zee, in een appartementencomplex op de zesde etage. Wie wel eens in Egmond aan Zee is geweest, weet dan wel ongeveer waar ik woon: in de Kennedyflat, vlakbij de zee. Ik pak het boek op waar ik in aan het lezen was (De zedeloosheid van Den Haag van J.G. Kikkert), en er wordt aangebeld.
Dus ik open de deur en ik zeg: ‘Komt u ook maar binnen!’
Binnen stappen: een oudere maar zeer aantrekkelijke dame en een wat jongere dame. ‘Koffie?’ vraag ik. ‘Graag!’ antwoorden zij, wat mij deed vermoeden dat zij geen lid waren van enige christelijke vereniging met zendingszucht.
‘Mijn dochter hier wil zelfmoord plegen,’ zei de oudere dame, ‘en mijn vraag aan u is: hoe moet zij dat doen?’
Er volgden enige plichtplegingen omtrent mijn vakmanschap op dit terrein, daarna begon ik mijn betoog: ‘Over het algemeen is het voldoende als men enige tijd nadenkt over de rol van Geert Wilders in het geheel. Dan wil men er wel uitstappen.’
‘Dat wil men inderdaad,’ zei de dame.
‘En de vraag is dan: hoe doet men het? Voor mijzelf zou ik zeggen: neem de zee. Die is nog redelijk koud, in deze tijd van het jaar. Kleed u enigszins en stap de zee in, totdat u tot uw borst in het water staat. Doe dit ’s avonds of ’s nachts, want het is niet nodig dat iemand u opmerkt. U zult zien dat u na een kwartier in het water staan, flink bent onderkoeld. Een paar minuten later bent u dood.’
‘Is het zo makkelijk?’
‘Ja mevrouw, zo eenvoudig is het.’
‘Wel.’ (Ze richtte zich tot haar dochter.) ‘Ik hoop dat je meegeluisterd hebt, lieve kind.’
Geen opmerkingen:
Een reactie posten