vrijdag 24 september 2010

Jezus’ besnijdenis (1 januari)

- Dag Duifje.
- Dag Bennemans, gefeliciteerd jongen.
- Merci. Een klapzoen?
- Vooruit, hier!
- Umhwham. Even afvegen. Nu we hier toch zijn, Duifje...
- Ja, kom op met je heiligen!
- Ik wou gewoon beginnen op 1 januari, want ik doe het op de feestdagen der heiligen.
- Prima. Welke heilige heb je.
- Op 1 januari zijn er niet minder dan 58 heiligen, die op die dag vereerd mogen worden. Ik ga ze niet allemaal met je doornemen...
- Jammer.
- Maar de meeste neem ik wel met je door.
- Ga je gang, lieveling.
- Welnu! De heiligste der heiligen is natuurlijk Jezus.
- Vanzelf.
- En dan moet je dit stukje eens zeer kritisch gaan lezen. Daar staat bijvoorbeeld: naar goed Joods gebruik. Daar staat ook de naam ‘Lukas’, waar we normaal toch van ‘Lucas’ spreken. Maar dat komt misschien nog uit de tijd van de progressieve katholieken, weet je wel, toen Jo Gijsen tenslotte bisschop werd. Die tekst van Lucas duidt er toch op, zou ik denken, dat Jezus’ besnijdenis niet op 1 januari, maar op 2 januari plaatsvond.
- Daar zullen bijbelexegeten het misschien niet mee eens zijn.
- Nee, maar wie Nederlands kan lezen, kan er niets anders in zien. Het mooiste vind ik dat ze 1000 jaar na een besnijdenis een stukje voorhuid hebben gevonden. Sterker, dat stukjes van die voorhuid van Jezus naar allerlei kerken zijn getransporteerd.
- Een heerlijk gegeven! Wie is eigenlijk de schrijver van dat stukje?
- Pater Dries van den Akker S.J.
- S.J.?
- Societas Iesu betekent dat. Dries is een Jezuiet. Hij heeft pas sinds juli van dit jaar een geweldige website, en daar ga ik uit putten.

4 opmerkingen:

  1. Het is inderdaad wonderlijk, zelfs mijn rekenmachine zegt 2 januari.

    BeantwoordenVerwijderen
  2. De katholieken zijn in wel meer opzichten zeer onprecies, in elk geval altijd onduidelijk in hun taalgebruik. Daar komen nog wat geweldige voorbeelden van!

    BeantwoordenVerwijderen